in de fokkerij worden honden over het algemeen niet gehuisvest of behandeld op een manier die aan hun behoeften voldoet. De moeders of pups krijgen ook niet de medische zorg die ze nodig hebben. Honden kwijnen weg onder de ergste omstandigheden opgesloten in kelders, schuren en garages. De pups en hun moeders worden gehouden in kleine, krappe ruimtes, met weinig verlichting, geen ventilatie of warmte. De fok honden worden soms geketend en krijgen geen enkele oefening, vaak ondervoeden en mishandeld.
in deze fabrieken lijden de “moeders” vaak verschrikkelijke lichamelijke verwondingen als gevolg van constante zwangerschappen en bevallingen, terwijl de “vaders” meestal alleen worden gehouden en worden verwaarloosd.
de pups worden over het algemeen vóór het einde van hun zogingsperiode bij hun moeder weggehaald en in verschrikkelijke leefomstandigheden gehouden, zoals kleine draadkooien, en lopen het risico besmet te worden met dodelijke puppyziekten zoals parvo. Te vroeg van hun moeder worden verwijderd betekent dat de pups verstoken zijn van het sociale contact. De moeder, gereduceerd tot een fokmachine, is vaak te zwak om voor haar kinderen te zorgen, omdat ze keer op keer wordt gefokt met vrijwel geen hersteltijd tussen de nesten.
enkele weken na hun geboorte kunnen de pups worden verkocht aan dierenwinkels of online worden geadverteerd. In sommige gevallen worden deze dieren verkocht zonder de juiste vaccinaties, ontwormende behandelingen of microchipping.